Heb jij een tip voor de redactie?
Of een nieuwtje?
‘Je doet het nóóit goed met die rolstoelgebruikers!’ hoor je mensen vaak klagen. Als je ze helpt, dan raken ze geïrriteerd. En als je ze niet helpt, dan ben je asociaal.
Misschien moet ik het gewoon even uitleggen dan.
Om te beginnen: er zijn geen zij en er zijn geen wij. Rollers zijn individuen, net zoals echte mensen eigenlijk. Dus inderdaad, je doet het nooit goed. De één wil best een gratis ongenode duw in de rug en de ander wordt boos als iemand hem of haar ongevraagd betast.
Zelf behoor ik tot de tweede categorie. Ik probeer heus wel vriendelijk te zijn als iemand weer eens hulp aanbiedt, die ik niet nodig heb. (‘Zal ik je even duwen?’ nadat je die persoon nota bene nét nog op dezelfde helling hebt ingehaald.) Maar na een paar decennia lang een keer of vijf per week bedanken voor de eer, wordt vriendelijk blijven wel steeds moeilijker.
Een vriend van mij, die ook roller is, denkt er hetzelfde over als ik. 'Behalve als er een enorme stoot van een vrouw in de supermarkt loopt,’ zegt-ie wel eens gekscherend. ‘Dan kan ik ineens niet bij de pindakaas!' (Ik heb helemaal geen vrienden, maar mevrouw Burugo leest dit ook.)
Eigenlijk is het best simpel:
Als iemand gewoon zijn of haar ding aan het doen is – het maakt niet uit of diegene iets mankeert of niet – laat hem/haar lekker met rust, totdat diegene je om hulp vraagt.
Pas als een persoon duidelijk aan het panikeren is, dán kun je ongevraagd te hulp snellen.
Voorbeeld A:
Jongedame in rolstoel legt haar boodschappen op de kassaband = lekker laten gaan. Een eventueel ‘lekker weertje, hè’ is toegestaan, mits het ook echt lekker weertje ís.
Voorbeeld B:
Oudere man ligt languit op de rijbaan terwijl zijn rollator alvast is overgestoken = effe oprapen. Ook hier is een geruststellend ‘lekker weertje, hè’ geen probleem, al heeft hij waarschijnlijk meer aan een pleister en een glaasje water.
Kortom, je doet het zeker niet altíjd goed. Maar je kunt in elk geval proberen om het sóms goed te doen.
BURUGO