Skip to Content

Mijn moeder, de oma van ons kindje, keek me angstig en met een enigszins verwilderde blik aan. Babylief was bij haar op schoot in slaap gevallen. De gewoonste zaak van de wereld, want ons kindje was die eerste tijd een contactslapertje: een kindje dat niet in een bedje wilde slapen, maar alleen op een mama of, in dit geval, op oma. Hartstikke gezellig, maar er is één nadeel: je kunt nergens meer heen. Je kunt niet naar de wc, een boterham smeren of gewoon even je benen strekken. En als je pech hebt ligt je telefoon nét buiten handbereik en zit er niets anders op dan gedwee om je heen kijken en mindfulnessoefeningen toepassen.

Ik vond hier niet zoveel van. Ik was het gewend: zó regelmatig ben ik te moe om van de bank op te staan dat een slapende baby op schoot niet zoveel verschil maakt. Maar voor mijn moeder was het even wennen. Ik hielp haar uit de brand door haar telefoon aan te reiken en grijnsde stiekem in mezelf. Oh, die angst van abled mensen* voor de vrijheidsbeperkingen die voor gehandicapte mensen vanzelfsprekend zijn

“Abled mensen hebben het maar al te moeilijk met maatregelen die ik alleszins mee vind vallen”

Nou vond ik het in dit geval wel grappig, maar het doet me helaas ook denken aan alles wat er mis gaat tijdens de coronacrisis. Want abled mensen hebben het maar al te moeilijk met maatregelen die ik alleszins mee vind vallen... Ze klagen steen en been dat ze tijdelijk niet kunnen shoppen, musea bezoeken of naar de bioscoop en staan er niet bij stil dat rolstoelers dit soort gebouwen vaak niet eens in kunnen vanwege alle trapjes, drempels en nauwe paden.

Het land was te klein toen er werd geopperd om treinreizen een tijdje alleen op reservering toe te staan – de treinen mochten immers niet te vol raken. Voor rolstoelers gesneden koek, zo’n reservering, maar voor veel abled mensen onaanvaardbaar. Liever namen ze het risico om elkaar aan te steken dan dat ze hun treinritje iets langer van tevoren moesten inplannen.

We hebben nu immers allemaal ervaren wat het met een mens doet als je niet overal heen kan en overal aan mee kunt doen

Vorig jaar hoopte ik nog even, naïef, dat corona het tij voor de gehandicapte mens zou kunnen keren. Al die vrijheidsbeperkingen zouden abled mensen vanzelf op het idee brengen dat ook rollende mensen graag op de bonnefooi van het OV gebruik willen maken, gebouwen in willen kunnen en op tijd een geschikte rolstoel krijgen van de WMO zodat ze niet aan huis gekluisterd hoeven zitten. We hebben nu immers allemaal ervaren wat het met een mens doet als je niet overal heen kan en overal aan mee kunt doen. En in tegenstelling tot de coronamaatregelen zijn dit soort ontoegankelijkheden zowel onnodig als makkelijk te verhelpen.

Maar in plaats van solidair te zijn met de gehandicapte medemens lijken de ableds ons alleen maar verder voor de bus te willen gooien. Zo denk ik veel aan Judith Honig, een chronisch zieke moeder zoals ik. In haar eentje zorgt zij voor haar dochter Rosa, die ondertussen vier jaar oud is en heel hard toe aan school. Elke dag speelt Rosa dat ze met haar nieuwe rugzakje en broodtrommeltje naar school gaat. Maar omdat Judith door haar combinatie van aandoeningen écht geen corona moet krijgen, zitten Judith en Rosa zo ongeveer opgesloten in huis. En ze zijn bij lange na niet de enige.

Ziekenhuiskappers, diplomaten, het Olympische team: iedereen en z’n moeder moet voorrang krijgen op het vaccin

Mensen zoals zij zouden gewoon zo snel mogelijk een vaccin moeten krijgen. Logisch, toch? Maar nee: de abled mens vindt zichzelf belangrijker. Ziekenhuiskappers, diplomaten, het Olympische team: iedereen en z’n moeder moet voorrang krijgen op het vaccin, want hun toch al veel minder aangetaste vrijheid is belangrijker dat die van mensen zoals Judith. Het is niets nieuws en toch maakt het me boos.

Wat zou het fijn zijn als we dit als samenleving in konden zien: dat stil zitten en nergens heen kunnen soms bij het leven hoort en soms niet. Dat een baby soms nog niet klaar is om moederziel alleen in een bedje te slapen, en dat er soms gevaarlijke virussen rondwaren die we in kunnen dammen door ons even koest te houden. Maar dat drempels in winkels weggehaald moeten worden, treinen op perronhoogte moeten rijden en risicogroepers hun vaccin moeten krijgen.

 

*Abled mensen zijn mensen zonder handicap

Tamar Doorduin is parttime rolstoeler vanwege haar chronische ziekte POTS. Ze kan niet lang staan of lopen, maar wel columns tikken, en malle liedjes zingen voor haar bijna zes maanden oude baby.


0 mensen hebben gereageerd

Alles over rollen

Zoeken
Back to top