Rolling 9 to 5: tips om als nieuwbakken roller je plek op de werkvloer te vinden

Plots hoort hij bij je: die rolstoel. En niet alleen binnen de veilige muren van je huis. Ook in de baas zijn tijd ga je rollende het leven door. In een rolstoel aan het werk blijven, hoe pak je dat eigenlijk aan? Miranda Kooijman belandt in 2015 in een rolstoel en werkt nog altijd als verpleegkundige in het AMC, waar ze als transferspecialist zorg en hulpmiddelen regelt voor mensen die het ziekenhuis verlaten. Daarnaast is ze onderdeel van de werkgroep ‘Inclusie’ en is ze oprichter van de rolstoeltak binnen haar tennisvereniging. Ze deelt in dit artikel haar tips om als roller je nieuwe rol op de werkvloer te vinden. Miranda: "Laat niemand je vertellen wat je wel of niet kan."

1.  Neem de regie.

1. Als rolstoeler zal je vaak het heft in eigen handen moeten nemen als je iets voor elkaar wil krijg. En als werkende rolstoeler al helemaal. “Werkgevers en HR zijn geneigd om voor jou te gaan denken. En er zijn nog steeds mensen met het idee dat je niets meer kan zodra je in een rolstoel zit. Zo’n onzin!” Neem daarom direct de leiding in dit proces. Maak zelf een plan voor jouw rollende carrière en deel die proactief met je leidinggevende. Voel je weerstand? Geef dan niet meteen op. Ga staan voor wat je wil.’

2.    Bepaal wat je wél kan

Misschien heb je zelf ook nog niet helemaal duidelijk waar kansen voor je carrière liggen. Probeer daarom eerst inzicht te krijgen in wat je wel kan en – net zo belangrijk – wil doen. Kennis en ervaring raak je niet kwijt door verminderde mobiliteit. Hoe kan je jouw expertise in deze nieuwe situatie inzetten? En wat heb je nodig om dat te doen? Probeer jezelf daarbij geen drempels op te leggen. Durf alles te bedenken. Want zelfs bij fysieke beroepen liggen kansen. Als rollend militair kan je als geen ander je soldaten begeleiden in de nasleep van een oorlogsmissie. En bij de politie is genoeg expertise op en aan het bureau nodig.

“Als je doordenkt kan er veel meer dan je zelf soms denkt. Vraag jezelf heel praktisch: Welke handelingen deed ik? En welke kan ik nog doen? Ik ben zelf verpleegkundige. Dan moet je het zoeken in consulentenfuncties op een polikliniek. Gesprekken kan je zittend voeren. Je kan als je wil patiënten zelfs nog zittend onderzoeken. Ik kan alleen niet meer iemand in het bed draaien. Zo moet je gaan zoeken naar wat je wél kan.”

3. Vraag het UWV om hulp.

Wil je advies om de juiste hulpmiddelen te vinden? Of merk je toch dat je werkgever het moeilijk vindt om je plannen te bevatten? Het UWV kan jou als verse roller op weg helpen door onder andere via een arbeidsdeskundig onderzoek aan te tonen dat je plannen haalbaar zijn. Ook kunnen ze helpen om duidelijker te krijgen waar kansen voor je liggen of door de juiste aanpassingen te regelen. Miranda: “Zij zien vaak wel de kansen die HR niet ziet. Ik heb geen aanpassing nodig gehad van hen. Het UWV heeft voor mij met het arbeidsdeskundig onderzoek weerlegd dat ik dingen niet zou kunnen. Ze kunnen je echt helpen daarbij.”

En vergeet niet: heel soms kan die rolstoel zomaar voor je werken. Miranda kan het weten. ‘Door mijn rolstoel zijn patiënten bij mij veel toegankelijker. Ik maak makkelijker contact omdat ik op ooghoogte zit. En tja, ze zien dat ik als geen ander weet waar ik het over heb.’